Meer leefruimte, betere gezondheid en sociale samenhang in de stad is mogelijk met extra tuinierplekken en structurele aandacht voor volkstuinen in het beleid. Dat stelt de Amsterdamse Bond van Volkstuinders, die hiervoor een plan heeft aangeboden aan de gemeenteraad. ‘Maak actief-tuinieren-plekken net zo vanzelfsprekend als sportvelden,’ zegt voorzitter Henk Gossink.
‘Het geheim van de volkstuin is dat het eigene en het gemeenschappelijke elkaar versterken. Een eigen plek maakt je onderdeel van een gemeenschap die duurzaam groen voor de hele stad creëert’, aldus Gossink.
Volgens de Bond zijn de 750 nieuwe plekken haalbaar, betaalbaar en snel te realiseren. Daarmee kan een begin worden gemaakt met het terugdringen van de wachttijd voor een tuin, waar momenteel ruim 7.000 Amsterdammers op staan.
In het plan Ruimte voor Groei staan plekken waar uitbreiding mogelijk is: grote nieuwe tuinparken, maar ook kleinere stukken groen tussen woonwijken, langs sportvelden of bij scholen.
Norm vijf m2 per inwoner
Centraal in het plan staat de invoering van een norm: vijf vierkante meter tuinieroppervlak per inwoner. Die norm moet actief tuinieren een vaste plek geven in de ruimtelijke inrichting van de stad, vergelijkbaar met de wijze waarop ook sportvelden of onderwijslocaties planologisch worden ingepast.
De voorgestelde norm is niet nieuw. De Bond verwijst naar het Algemeen Uitbreidingsplan uit de jaren dertig, waarin eenzelfde standaard werd gehanteerd. Herintroductie moet voorkomen dat tuinieren als ‘restgroen’ wordt behandeld en bij gebiedsontwikkeling buiten beeld raakt.
Beleid loopt achter op ambities
Hoewel de gemeente het belang van tuinieren beleidsmatig onderschrijft, ziet de Bond dat uitvoering achterblijft. Nieuwe woningbouwlocaties, zoals De Nieuwe Kern, bedreigen bestaande tuinparken, aldus de bond.
Tegelijk blijft aanleg van nieuw tuiniergroen uit, ondanks beleidsafspraken uit 2021 om volkstuinen te behouden en te ontwikkelen, stelt de bond.
Zo voorziet de ontwikkeling van De Nieuwe Kern in 6.200 woningen op grond van Amsterdam binnen de gemeente Ouder-Amstel. In het plangebied liggen vier volkstuinparken. Zonder aanpassing verdwijnen tuinparken als Nieuw Vredelust volledig en worden ook delen van Ons Lustoord omgespit. Volgens de Bond is dit het moment om de afspraken om te zetten in daden.
Voorgestelde locaties voor tuinierplekken:
– Havenstad: 12 hectare in ontwikkeling als stadswijk, voorstel voor 450 tuinen met variatie in grootte
– Buiteneiland IJburg: 40.000 m² op toekomstig recreatie-eiland, ruimte voor 200 tot meer tuinen
– Ring A10 / Zuidasdok: 15.000 m² op tunneldak, voorstel voor 100 dagtuinen van elk 100 m²
– Veld aan de Tafelbergweg: braakliggend terrein bij AMC, ruimte voor 75 nutstuinen van 150 m²
– Groenstroken Maldenhof: ecologisch groen in Zuidoost, geschikt voor 50 dagtuinen van 100 m²
– Gasunie-terrein: 5.000 m² grond in handen van de gemeente, geschikt voor 50 nutstuinen van elk 50 m²
– Korte Stammerdijk: brede groenstrook in Weesp, voorstel voor 20 nutstuinen van 50 m²
– Nijhofstraat: grasveld bij basisschool in Weesp, ruimte voor 20 schooltuinen van 50 m²
– Sportparklaan: strook langs spoor in Weesp, voorstel voor 10 dagtuinen van 30 m²
In het plan benadrukt de Bond dat woningbouw en vergroening hand in hand moeten gaan. Zonder voldoende groenvoorzieningen neemt de leefkwaliteit af en ontstaat volgens de organisatie een grens aan verdere woningbouw.
Betrokken bewoners verlagen beheerkosten
Naast fysieke ruimte voor tuinieren wil de Bond ook meer zeggenschap voor bewoners bij het beheer van groen. Dat kan variëren van plantsoenen en binnentuinen tot schoolmoestuinen en stadsparken. De organisatie ziet een rol voor zichzelf als ondersteuner van initiatieven en bewaker van kennis en continuïteit.
Volgens de Bond kan het betrekken van bewoners bovendien bijdragen aan kostenbesparing voor de gemeente. Gemeenschappelijk en eigen groen kan efficiënter beheerd worden als er ruimte is voor lokaal eigenaarschap en vrijwillige inzet.