Woonvisie Breda: collectief wonen met aandacht voor zorg

Leestijd: 3 minuten

Collectief wonen, ruimte voor mantelzorgwoningen, voorrangsrechten en aandacht voor vergrijzing. In de woonvisie Thuis in Breda, dat zich richt op 2040, geeft het college van B en W veel aandacht aan wonen met zorg en ondersteuning. De woonopgave wordt grotendeels binnenstedelijk opgelost. 

De gemeente wil in 2040 een hoogstedelijk centrum, maar ook vitale dorpen en wijken, aldus de Bredase woonvisie.

Een deel van de totale opgave van 25.000 extra woningen zal ook moeten komen van beter gebruik van de bestaande woningvoorraad. Creatieve oplossingen zoals optoppen, woningsplitsen en kamerverhuren.  Breda hanteert hierbij de houding ‘Ja, mits’. 

In de visie wordt nadrukkelijk gesproken over meer betaalbare woningen, die bij voorkeur gemengd of geclusterd worden zodat bewoners ‘naar elkaar omkijken’. Met deze collectieve woonvormen speelt Breda in op bestaande en toekomstige (oudere) bewoners met een zorgbehoefte, maar ook op een algemene behoefte onder inwoners. 

‘Het uitgangspunt is dat we bij iedere gebiedsontwikkeling inzetten op vormen van collectief wonen’, zo staat in de woonvisie. ‘Gemeente en corporaties onderzoeken bij iedere nieuwbouwlocatie standaard de mogelijkheid voor een collectieve woonvorm.’ 

Een groot deel van deze collectieve woonvormen zal in de sociale huursector landen, in samenwerking met corporaties en zorgpartijen. 

Verder kijkt de gemeente naar innovatieve, collectieve woonvormen in familieverband en vormen van collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO). 

30-40-30

Twee derde van alle woningen die tot 2030 worden gebouwd moeten in de betaalbare segmenten vallen, staat in de woonvisie van de gemeente. 
In het Bredase bestuursakkoord is opgenomen dat 30 procent bestemd is voor sociale huur, 40 procent voor middelhuur en de overige 30 procent vrije sector. 

Senioren 

Uit de regionale woonzorganalyse van de gemeente Breda blijkt dat met name voor senioren de behoefte aan nultredenwoningen, geclusterde en zorggeschikte woonvormen toeneemt, waar verschillende vormen van ondersteuning of zorg geleverd kunnen worden. 

Waar mogelijk probeert de gemeente oudere bewoners financieel te stimuleren om bij te dragen aan doorstroming binnen het woonaanbod, via kortingen op de huurprijs of een verhuiskostenvergoeding. 

Hiervoor start de gemeente pilots in zes wijken met relatief veel senioren. 

Openbare ruimte 

Ook de openbare ruimte moet worden afgestemd op iedere Bredanaar. In de woonvisie is te lezen dat in wijkplannen en gebiedsvisies aandacht blijft voor inclusieve en toegankelijke buitenruimte. 

Het gaat dan om herkenbare routes voor dementerende ouderen en toegankelijke speeltuinen voor kinderen met een beperking. 

Om in kaart te brengen wat er in de toekomst nodig is, gaat de gemeente referentienormen maatschappelijk vastgoed opstellen. Daarmee wordt de voorzieningenbehoefte gerelateerd aan de omvang en de demografie van Breda. 

Deze referentienormen gaan we hanteren bij het toetsen van projecten en gebiedsontwikkelingen.’ 

Voorrang zorg en onderwijs 

Niet alleen senioren worden bediend met de woonvisie. Breda onderzoekt verder de mogelijkheden om voorrang te verlenen voor eigen inwoners, zorgverleners en onderwijzers met lage en middeninkomens. 

Daarnaast wil de gemeente een signaalwaarde van 30 procent hanteren, waardoor maximaal 30 procent van vrijgekomen sociale huurwoningen naar statushouders en aandachtsgroepen gaat met een wettelijke urgentie. 

Het huidige tekort aan studentenwoningen wordt ook aangepakt. Deze ligt nu op 600 woningen, maar zal naar verwachting afnemen naar 400 woningen.  

‘We willen deze groei van het aantal uitwonende studenten mogelijk maken en zetten daarom in op de bouw van 400-600 studentenwoonplekken tot 2030, voor Nederlandse en internationale studenten.’ 

Het grootste deel van extra woningen moet in en rondom het centrum worden gebouwd. ‘We realiseren 90 procent van de woningbouw binnen bestaand stedelijk gebied en bieden in de dorpen ruimte voor uitbreiding op aangewezen locaties.’ 

De gemeente noemt het een luxe nog volop gebruik te kunnen maken van 124 hectare voor herontwikkeling in het stationsgebied, op militaire terreinen die langzaam hun functies verliezen en in Centrum Oost. 

In die 124 hectare moeten meer dan 10.000 woningen landen. In de dorpen en wijken wordt gekozen voor een meer lokale aanpak en diversiteit aan woningen. 

Breda zet daarbij minder in op grondgebonden woningen en ambieert het bouwen van meer gezinsappartementen. Dit zijn meer betaalbare appartementen met minder oppervlak, maar wel voldoende kamers.